Met verpleegkundigen op stap

Zaterdag zijn we een dagje met drie verpleegkundigen naar Nsanje geweest. Een Nederlandse die een kliniek heeft in Chigwawa met haar vriendin en een medewerkster van haar.

We hebben daar de kinderen van het dagcentrum in Kaliedzi en de kleuterschool in Njepembere gescreend op ondervoeding.

Van alle kinderen werd de omtrek van de bovenarm gemeten. Als de omtrek onder de 13 cm valt is een kind ernstig ondervoed.

Gelukkig waren er geen kinderen die onder de 13 cm vielen. Velen zaten echter wel op het randje. De kleuters hebben het vooral moeilijk

Ze gaven ons het advies om alle kinderen een wormenkuur te geven. En verder geven we de kleuters al elke dag moringapoeder door de pap, wat heel vitaminerijk is. Verder krijgen de oudere kinderen die op het randje zitten nu ook moringapoeder door het eten.

De kinderen in Kaliedzi zagen er duidelijk beter uit dan in Njepembere.

Daar zijn we nu ook pas drie weken gestart. Terwijl we in Kaliedzi al vanaf januari bezig zijn.

Ondertussen zaten er ook een heel aantal oude agogo's te wachten op eten. Ze krijgen twee keer in de week een maaltijd en bovendien nog een zak maismeel mee naar huis.

Ik ging even bij hen zitten om met hen te praten. Ik las een stukje voor uit de Bijbel. Er kwamen steeds meer oudjes om me heen zitten.

Ik las met hen psalm 25. Zachtjes mompelden ze de woorden mee. "Hallelujah" zeiden ze regelmatig instemmend.

Even later gingen ze allemaal naar de kerk. Daar zongen ze met elkaar en hield de ouderling een meditatie.

Onderweg naar huis reden we langs de maisvelden. Overal gele, verdroogde stengels. Zonder maiskolf. Ontzettend triest om te zien.

Dat betekent dat de honger alleen maar erger wordt.

Ik hoop dat iedereen die dit leest, deze nood mee mag dragen in het gebed.